Inmiddels zijn we weer een weekje verder en hebben we twéé egels die iedere avond komen eten. Onze kleine donkere vriend en een iets groter exemplaar die ook een stuk lichter van kleur is.
Iedere dag tegen schemertijd zetten we twee bordjes met harde kattenbrokjes klaar. Eén bakje in het hok en één bakje eronder. Met twee bakjes water ernaast. Want behalve eten, drinken ze ook goed. Iedere morgen is alles op. En ondanks dat het toch al een paar keer flink gevroren heeft, horen we iedere avond de bakjes klepperen. En weten we dat ons bezoek is gearriveerd. En dat er nog geen sprake is van winterslaap.
Voor ‘ons’ donker egeltje had ik eerder deze week al een plekje in Snor zijn hok gemaakt dat hij eventueel kon gebruiken om te overnachten. Maar het was blijkbaar niet aantrekkelijk genoeg aangezien het egeltje zich verstopte àchter de doos in plaats van erin. Van lieverlee heb ik de krantensnippers een beetje verstrooid in alle hoeken. En hier maakt het beestje dan weer wel gebruik van. Toch heb ik de doos nu maar achter in het hok geduwd. Wie weet waar deze nog voor gaat dienen.
Snor lijkt er geen last van te hebben dat zijn hok bezet is. Hij meldt zich iedere morgen trouw voor zijn eten. Dat hij nu geserveerd krijgt in de bijkeuken. Daarna snuffelt hij nog even aan Maudje haar bakje. Het zou zomaar kunnen dat ze toch iets heeft overgelaten ofschoon die kans erg klein is. Na het nodige rek-en strekwerk vertrekt hij dan op zijn gemakje naar achteren. Bij het tuinhuis gaat hij zitten kijken wanneer manlief of ik gaan voeren. Rustig wacht hij daar tot we klaar zijn om vervolgens even zachtjes te mauwen. Voor het geval dat we hem zouden vergeten. Hij krijgt tenslotte altijd een paar kattensnoepjes na het voerritueel. Saartje houdt hem dan gezelschap. Ook zij krijgt snoepjes. Maar wel andere want die van Snor blieft ze niet. Nee hoor, ze zijn niks verwend…
Gedurende de dag meldt Snor zich dan nog een paar keer met honger. En ’s avonds, wanneer wij lekker bij de kachel zitten, voel je ineens dat je wordt bekeken. Dan zit Snor daar geduldig te wachten tot hij zijn dotje room krijgt. Waarna hij de schutting opklimt en afspringt om ergens voor in de wei te gaan slapen.
En zo gaan we langzaam de winter in. De mezenbollen worden weer geregeld vervangen, net als de vogelpindakaas. Het voer van de ganzen dient ook de mussen en de tortelduiven. Net zoals er altijd een kraai in de kastanjeboom zit te loeren tot hij een stuk brood kan pikken van de ganzen. Niks bang is hij. Hij doet dit gewoon terwijl ik de waterbakken aan het poetsen ben.
De dagen worden korter en kouder, de nachten langer en kouder. Het mechaniek bij de kippen moet, alweer, opnieuw worden ingesteld. Het deurtje mag eerder dicht en later open. De kippen zitten vroeg op stok. Dicht tegen elkaar aangekropen. Dat moet ook wel want er zijn er een paar flink in de rui. Wat best zielig is met dit koude weer. Het verwarmingselement ligt onder de waterbak zodat het water niet kan bevriezen. Hebben ze in ieder geval altijd water om te drinken.
De eendjes blijven steeds vaker achter in de tuin. Vlakbij de poort. Aan de andere kant van de poort liggen dan de ganzen. Zo liggen ze ’s nachts ook. De eendjes in hun hok en de ganzen ernaast. Ze hebben gezelschap nodig. Aangezien wij veel minder buiten zijn, zoeken ze dit nu bij de ganzen. En wanneer ze toch onze aandacht willen, gaan ze kwaken. Hard kwaken. Of ze komen aan de kamerdeur bedelen om ‘snoepjes’.
En zo past ieder dier zich aan aan de tijd van het jaar. Net zoals wij dat doen.
Mooi hè?
Een dotje room! Nee, niks verwend hoor… 😉 (wat boffen al die beestjes met jullie! ❤ )
LikeGeliked door 1 persoon
😁
LikeGeliked door 1 persoon